maandag 2 juli 2018

George Town-Sungai Petani

In George Town, op het eiland Penang, zijn we twee nachten gebleven. De stad bekijken. Beetje rondstruinen in de verschillende wijken. De stad is opgedeeld in een Coloniale-, Chinese wijk en Little India. In de Chinese wijk zijn veel tempels. De stad is een mix van modern en noem het ‘oud’ Azië. Modern is luxe woningen, hoge gebouwen die in de avond verlicht zijn. Ons hotel heeft 17 verdiepingen. Een zwembad, zonder parasols of andere dingen die schaduw geven. Geen zwembad feestje voor ons als er geen schaduwplekken zijn. Als je je tijdens het fietsen niet goed insmeert word je genadeloos afgestraft. Buiten dat is het in de zon enorm heet. Daarom slaan we het zwembad maar over. Er  is op de 17e etage een 360 graden restaurant en een buiten bar. Leuk om een drankje te drinken en in de avond over de stad te kijken.
Het is druk in de stad, maar er heerst een gemoedelijke sfeer. Bij de kunstschilderingen is het soms dringen geblazen om een foto te maken. Wanneer we op een soort binnenpleintje met allerlei winkeltjes met eten terecht komen kunnen we het eens mooi observeren. Er zijn allerlei mensen aanwezig die hier komen om te eten. Rondom het binnenplaatsje zijn allerlei winkeltjes. Een aantal met dezelfde etenswaren en reclame-uitingen. Maar gek genoeg is het erg druk bij één winkeltje. Daar pak je een bord en een (vlees)tang en pak je allerlei dingen die je wilt. Menigeen heeft een grote berg eten op het bord. Bord wordt afgegeven in het winkeltje en daar wordt het één en ander gefrituurd of van saus voorzien. Bord gaat weer terug naar de koper en deze eet alles op.

Wat opvalt is dat de brommer/motorrijders in Maleisië, nagenoeg, allemaal een helm dragen. Dat was in Thailand niet. Daar reed menigeen zonder helm. En zeker de passagier reed zonder helm. Ook obesitas en morbide obesitas is hier (en ook in Thailand) aan de orde. Allemaal dankzij de Westerse snacks. 

We gaan weer met de ferry naar het vaste land. Na een tijdje fietsen worden we verrast met leuke, kleine, smalle weggetjes door kampongs. Er worden allerlei dingen verbouwd. We zien weer enorme rijstvelden, afgewisseld met palmbomen en bananenbomen. De mensen zijn erg aardig. Op sommige weggetjes moeten we slalommend om de gaten heen fietsen. Af en toe komt een auto uit tegengestelde richting. Die wacht rustig totdat wij voorbij rijden. Menigeen zwaait en de bestuurders van brommertjes stellen vaak de vraag waar we vandaan komen en waar we naartoe gaan. Wanneer we en bruggetje over fietsen plonst er een kleine krokodil in het water. Met zijn kraaloogjes kijkt hij ons na. 


Bij een colastop wordt Sandra aangesproken door een man. De geijkte vragen en verbaasde blik. Hij stelt voor dat we hem aan het einde van onze vakantie onze fiets aan hem geven zodat hij in twee jaar naar Nederland kan fietsen. De opmerking dat hij eerst langer moet worden slikt Sandra maar in. Maar als hij later met ons op de foto wil en op Marcel zijn fiets wil klimmen komt de opmerking toch. Hij komt nauwelijks op de fiets. Eén been over de stang krijgen is toch een dingetje. Er wordt een handvol foto’s gemaakt. Maf. Althans dat vinden wij. Maar afijn als iemand gelukkig wordt van een foto met ons waar we er niet meer zo fris gedoucht uitzien, be happy! We vervolgen onze route. Lunchtijd. Voor het eerst in Maleisië langs de weg in een “restaurantje” gegeten. Een hoop gegiechel van de dames, maar ze helpen ons even later stoïcijns. En er wordt zowaar een beetje Engels gesproken. Een van de dames schept de rijst voor ons op en de rest moeten we zelf opscheppen. Er zijn meerdere bakken en pannen met allerlei kip, vis en groente. Als je opgeschept hebt dan wordt gekeken wat de prijs is, Na het eten gaan we weer verder. Na enige km’s komen we door een plaatsje. Er zijn allemaal eetstalletjes/restaurantjes. Eén valt op door de reclame. Pisang goreng. Aanlokkelijk. Dus we bestellen en krijgen verse pisang goreng. De verkoopster vraagt of we ook drinken willen. We vragen om een cola. Nee, die heeft ze niet. Maar even later komt ze toch met een flesje Cola van een onbekend (Maleisisch merk). Nog zoeter dan de westerse cola en een bijzondere smaak. Als we weg willen gaan komt ze snel op ons af en vraagt of ze met ons op de foto mag. Het lijkt vandaag wel of we beroemdheden zijn. Van het grapje ‘Now we are the pisang’ moest ze lachen. Maar er moest een selfie van ons drieën worden gemaakt. Nou ja, één... Weer iemand happy;-) in Sungai Petani nemen we onze intrek in een hotelletje. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten