woensdag 4 maart 2020

TranzAlpine Express


Greymouth-Christchurch, TranzAlpine Express

Om 10 uur moeten we uitschenken bij het motel. Om 13:50 uur inchecken bij de I-site van het station voor de TranzAlpine train. We struinen Greymouth af om ergens te kunnen ontbijten en iets langer te kunnen blijven hangen. Uiteindelijk na het ontbijt en een paar bakken koffie vertrekken we. Eerst maar alvast op zoek naar tape om de fietsdozen weer in orde te maken. Als deze nog steeds bij de garage van de busmaatschappij staan... Zo niet, dan moeten we nog improviseren. Maar dat is dan de zorg voor morgen. De tape was relatief snel geregeld aan de overkant van het station. Ondertussen werd het al druk bij het station met incheckende mensen met mega koffers. Onze fietstassen moeten gewogen worden, volgens de dame waar ik incheck. Maar wanneer we de tassen komen brengen wordt dat snel weggewuifd want die tasjes kunnen geen 20kg of meer wegen. En de fietsen moeten bij het fietsenrek staan, op slot. En t.z.t. gaan de fietsen mee in de trein. De trein heeft een half uur vertraging. Best wel knap. Er is sprake van het in Nederland beruchte rondje om de kerk. De trein vertrekt in de ochtend van Christchurch naar Greymouth. In Greymouth aangekomen gaat deze na het schoonmaken en omdraaien van de stoelen weer terug naar Christchurch. De rit gaat met een diesellocomotief. Iedere reiziger heeft een gereserveerde zitplaats, er is een restauratiewagon en er is een aantal open wagons waar je vrij kunt fotograferen. We vertrekken met blauwe lucht en zon. De uitzichten zijn mooi. Mooie groene bergen, stukken regenwoud met veel varens, meren. Bijzonder om te zien dat er mensen zijn die zich installeren voor een lang tukkie. En dat ook gewoon doen onder luid geronk. Voor Athur’s pass gaan we door de 8.5km lange Otira Tunnel. In Athur’s pass maken we een korte stop waar nog een groep mensen instapt. Arthur’s pass ligt 740m boven zeeniveau. Het weer is veranderd in fris en bewolkt. Maar de landschappen zijn nog mooier. Ruige kale bergen met dramatische wolken, rivieren en tunneltjes door bergen. Een mooie rit van 223km, ongeveer 4,5 uur. Het station is vlakbij het hotel waar we 6 weken geleden zijn begonnen. We sluiten de dag af met een lekker diner en een magisch dessert.
Morgen de fietsdozen ophalen en de fietsen inpakken voor de lange terugreis.

dinsdag 3 maart 2020

De haarspeldbochten van Queenstown naar Wanaka (over The Crown Range naar Cardrona)


Ride and seek tours was de afgelopen weken ook in NZ. Deze drone foto is afkomstig van Ride and Seek. De haarspeldbochten van Queenstown naar Wanaka over the Crown Range naar Cardrona.

Hieronder een foto gemaakt door onszelf.


Franz Josef Glacier, onderweg naar Hari Hari, op de gletsjer




Franz Josef Glacier-Hari Hari-Hokitika-Greymouth

Franz Josef Glacier
We staan vroeg op want we hebben, bij goed weer, een afspraak met een helikopter. Én het is goed weer! Een strak blauwe lucht zonder een wolkje. We zijn natuurlijk eerder aanwezig dan op het afgesproken tijdstip. De drie andere personen ook, dus we kunnen al om 8 uur de lucht in. We vliegen langs de gletsjer en landen in de sneeuw. En dit keer zijn wij de enigen. De as van de branden in Australië is nog steeds te zien. We zien ook dat de gletsjer in 10 jaar tijd behoorlijk kleiner is geworden. Wat ons betreft begint de ochtend heel erg goed. Doordat de vlucht eerder is dan in eerste instantie gepland hebben we nu meer tijd om rustig het laatste restje ontbijt weg te werken en op ons gemakje de tassen weer in te pakken. We fietsen langs een groot meer, Lake Mapourika. Het ziet er mooi uit in de zon, met op de achtergrond de besneeuwde bergtoppen. In Whataroa is bij een supermarktje een restaurantje. Voor de lunch hoef je eigenlijk ook niet te stoppen in dit gat, maar bij gebrek aan beter... Na 46km moeten we weer klimmen, 3% tot max 14%. Mount Hercules. Er is nog veel schade aan de weg van de overstromingen van december. Er is maar één rijbaan vrij, daardoor wordt het verkeer d.m.v. een verkeerslicht om de 10 minuten doorgelaten. Dat geeft ons mooi de ruimte om rustig te klimmen.
Hari Hari is klein. Een hotel met pub en campeerveldje en een motel. Én de b&b/Lodge waar wij een kamer hebben mét bubbelbad. Met handdoeken die in mooie zwanen zijn gevouwen. Althans één is gelukt. De andere is gemaakt door de heer des huizes (vrouw is er niet). Hij moet nog even oefenen, maar we moeten hem wel een beetje steunen in zijn vouwkunst ;-) Manmanman, wat krijg je van zo’n bubbelbad lamme benen... of zou dat door het gefietst komen? We eten in de pub, tussen de lokalen en een paar fietsers. Één fietser loopt de hele avond in wielerkleding. De volgende ochtend zien we hem op het campeerveldje mét dezelfde wielerkleding...Zou het uitgeweest zijn toen hij in zijn slaapzak kroop? We voelen ons wel een beetje bezwaard. Het contrast met onze gevouwen zwanen en bubbelbad is wel heel erg groot.

Hokatika
Na het ontbijt en een kort gesprekje met de man des huizes, vertrekken we. De b&b is een dingetje van zijn vrouw. Hij is meer van het jagen, vissen en klussen.
De weg is heuvelachtig met her en der klimmetjes tussen 4% en 8%. We komen langs een meer, Lake Iantha. We fietsen door een regenwoud (zonder regen;-)) We komen steeds meer fietsers tegen. De meesten rijden in tegengestelde richting. En gek genoeg zijn de bike-packers (heel, heel weinig bagage mee) vandaag in de minderheid. We zien meer de ouderwetse fietstassen zoals wij hebben.
In Ross stoppen we voor de lunch. De lunchroom is mega oude meuk met een chagrijnige eigenaresse. We zien af en toe de zee. Gek genoeg fietsen we de laatste 10km nagenoeg langs de kust. We horen de zee maar zien hem niet. Hokitika herinneren we ons nog en de kloktoren herkennen we. Ons motel is nieuw. En her en der is toch wel iets veranderd in Hokitika. De kustlijn is verstevigd omdat de zee steeds dichterbij de huizen kwam met overstromingen tot gevolg, de replica van een schip is er ook nog steeds. Maar nog steeds geen strand/zee om lekker in te badderen. Een ruwe golfslag en veel aangespoelde takken. Van die aangespoelde takken zijn dan weer kunstwerken gemaakt. Er zijn nog steeds maar een paar restaurants. 
De motel-eigenaar babbelt er vrolijk op los. Er komt straks een bus met Amerikanen. Als we willen kunnen we morgen aanschuiven voor het ontbijt.

Greymouth 
De weersvoorspelling is uitgekomen. Regen. Onze laatste fietsdag houden we het helaas niet droog. Én we hebben natuurlijk weer stevige tegenwind. De motel-eigenaar vindt ons een beetje zielig zo met de regen. Het ontbijt krijgen we daardoor cadeau. Het is een saaie weg. Af en toe zien we de zee. Het regent in vlagen. Maar al met al valt het ons toch mee. De temperatuur is niet slecht, zo’n 19 graden. Net na de middag zijn we in Greymouth. 
Morgen zou het weer droog en zonnig moeten zijn. Dan gaan we met de TranzAlpine Express naar Christchurch. Volgens de Kiwi’s de mooiste treinreis ter wereld.


zaterdag 29 februari 2020

Haast-Voorbij Bruce Bay-Fox Glacier-Franz Josef Glacier

Voorbij Bruce Bay
Wanneer we vertrekken is het een beetje grauw. We houden ons vast aan de weersvoorspelling, het blijft droog. We zijn nu aan de Westkust. Mooi groen...dus veel regen... het landschap is veranderd. Met mos begroeide rotswanden waar water over druppelt. Een beetje het tuincentrum-idee. Mosjes die langs de weg groeien. Van die mosjes voor in kerststukjes. Varens en meer jungle-achtig uiterlijk. We moeten bij Haast Junction over een lange brug. Het klimmen begint weer. 5-12%. Al snel zien we de zee. Bij een mooi uitzicht stappen we van de fiets om te genieten. Er staat een auto geparkeerd. Aan de bestuurderskant staat de deur open, daar wordt iets gekookt. Ruikt heel lekker. Een jongen is iets aan het koken op een gasbrandertje. Hij blijkt uit de Tsjechische Republiek te komen. Even later komt hij met een grote schelp en een pannetje in zijn hand naar ons toe. Hij heeft (mossel) schelpen geraapt bij laag water en heeft het ‘vlees’ bereid en biedt het ons aan om te proeven. Het mosselvlees is erg vlezig, als je niet beter wist zou je denken dat je een stuk vlees at. We kletsen nog wat en even later vertrekken we. Bij Knights Point is een uitzichtpunt. Vandaar zien we zeeleeuwen. Het weer blijft goed en wordt snel zonnig. Bij Lake Paringa zien we de Lodge (een paar basic vissershutjes) waar we 10 jaar geleden hebben overnacht. Er is nu zelfs WiFi! Op km 56 kunnen we lunchen bij de Salmon Farm. In Bruce Bay zien we een Lodge waar we graag hadden willen overnachten. Toen we wilden boeken was het volgeboekt en nu staat er een bord dat ze nog plek hebben... Even verderop staat een caravan. Vanuit deze caravan wordt o.a. koffie en ijs verkocht. Terwijl we in de rij staan worden we lek geprikt door de sandflies. Hele kleine mugjes, formaat fruitvlieg. En wanneer ze prikken/bijten doet dat pijn en in no time heb je een jeukbult. We kopen direct het lokale insectensmeersel. We glimmen van de amandelolie en stinken naar citronella. Het lijkt te helpen. Na ruim 83km zijn we bij het Pine Grove Motel. Oude meuk, maar blij dat we er zijn. Met vier fietstassen en vier paar schoenen kunnen we onze kont niet meer keren. Één persoon kan vrij uit bed komen, de andere moet klauteren. En het bed lijkt een waterbed. Als de één beweegt is de ander zeeziek. Er is een klein winkeltje bij het motel waar we pasta, saus, soep en een paar sneden brood kunnen kopen. Met de in Haast gekochte groente, eten we een maaltijd uit de ‘fietstas’ bij gebrek aan een restaurant.

Fox Glacier
Na ons ontbijt van de paar sneden brood en muesli gaan we op pad. De weersvoorspelling biedt hoop op droog weer tot het middaguur. We hebben ‘maar’ zo’n 35km te gaan. Na 10km wordt het heuvelachtige weer gewoon klimmen. En we hebben weer wind tegen...ondanks dat er hier meestal zuidenwind is... wordt die wind nou nooit moe? Wij wel, hoor. We hebben uitzicht op groen begroeide bergen en grote rivierbeddingen. In de rivierbeddingen zijn ze druk bezig om grind te winnen. Vrachtwagens en graafmachines in de rivierbeddingen. We fietsen nog in t-shirt, maar zo’n 10km voor Fox Glacier begint het te miezeren. Even voor de brug bij de afslag naar de gletsjer begint het serieuzer te regenen. We zien nog een helikopter voor vluchtje vertrekken, waarschijnlijk de laatste voor vandaag en morgen. Het wordt slecht weer.

Bij het avondeten in een restaurant zit een groep Duitsers met reisbegeleiding. De reisbegeleidster laat een filmpje zien hoe de brug wordt weggespoeld door hevige regen. Van wanneer het filmpje was weten we niet. We hebben gehoord dat in december ook bruggen waren weggeslagen tijdens hevige regen, misschien was het toen. Een paar weken geleden heeft het ook flink geregend, we hebben onderweg herstelwerkzaamheden gezien. Er zijn maar weinig wegen en (éénbaans)bruggen, dus als er schade is heeft het veel gevolgen voor de bereikbaarheid. Morgen is de weersvoorspelling heel slecht, hopelijk geen schade tot gevolg. Als de weermannen en vrouwen gelijk hebben is het zaterdag weer droog. 

We hebben 2 nachten een motel geboekt in Fox Glacier. Uitrusten en het slechte weer afwachten. 

In menig hotel/motel of openbare plek zien we allerlei bordjes of papiertjes met aanwijzingen, tips of geboden. In dit motel ook. ‘Wash your Own dishes after use. Because it Will make you Younger, Prettier, Cooler, Smarter, Funnier, well-travelled and Better in Bed.’ 

Vrijdag is het echt slecht weer. Het is niet droog geweest. Volgens een site zou het in totaal 133mm regenen. Af en toe gaan we de kamer uit voor een cappuccino, lunch en een bezoek aan de supermarkt. Regenjas aan en onder een geleende paraplu. We kunnen de bergen niet zien. Bij het avondeten spreken we twee Engelse dames. In Lancaster kan het regenen, maar dit sloeg werkelijk alles volgens de dames. Zou het zaterdag echt droog en zonnig zijn?

Franz Josef Glacier
Wanneer we opstaan is het echt droog. En jawel! Blauwe lucht en het zonnetje! De eerste helikopters horen we alweer vertrekken. De kassa rinkelt weer bij die jongens.

Als we bij het motel wegrijden kunnen we direct aan de bak. Het is een kort ritje van 24km. Flinke klimmen tussen de 3% en 10%. Een kleine 3km even dalen om daarna gewoon weer te klimmen. Er komt damp van het gras of asfalt waar de zon op schijnt. Het is groen met veel varens. We gaan over en langs snel stromende rivieren en riviertjes. Rond het middaguur komen we aan bij het motel. De kamer is al gereed. Na de douche de lunch en een poging een helikoptervlucht te boeken. In Franz Josef schijnt de zon, maar op de gletsjer zit een dikke wolk die ons in de weg zit. Er wordt geadviseerd om rond half 5 te vliegen in de hoop dat de bewolking dan weg is. Maar helaas, de bewolking blijft hangen. We staan op de lijst voor morgenochtend. Hopelijk hebben we dan geluk!

donderdag 27 februari 2020

Wanaka-Makarora-Haast

We verlaten Wanaka. Het is mooi weer en het belooft een mooie rit te worden. We herinneren ons van 10 jaar geleden dat het hier heel erg mooi is. We fietsen langs Lake Hawea en via The Neck (405m) komen we weer langs Lake Wanaka. De weg is heuvelachtig met in het begin veel klimmetjes. Na een km of 12 is een benzinepomp met een ‘café’. Vanuit een caravan wordt koffie e.d. verkocht. We maken er gebruik van, want dit is de enige mogelijkheid vandaag. Een oudere man op een mountainbike stelt ons allerlei vragen. Hij komt uit Engeland en is op bezoek bij vrienden. Door een verkoudheid heeft hij besloten om korte fietstochtjes te maken. Hij ‘klaagde’ dat hij ook problemen had met de felle zon. Volgens mij had hij daar nou juist niet zoveel last van als ik zijn outfit bekeek. Een groezelig overhemd met daaroverheen een trui met lange mouwen en een groezelige korte spijkerbroek tot de knieën, lange kousen aan en sandalen. Alleen de kuiten bloot, wat is het probleem? We fietsten gewoon in t-shirt, genietend van de zon. Wel goed ingesmeerd, want dit belooft een schroeidagje te worden. Wanneer we 100m hebben geklommen (8-10%) komen we op een mooi uitzichtpunt. Een Kodakmomentje. Het is schitterend. Er stoppen meerdere auto’s en campers. Tot onze verbazing stopt een camper waarvan alleen de vrouw uitstapt, snel een foto maakt en daar gaan ze weer. De man heeft geen stap uit de auto gezet. Hij verwacht zeker nog een beter plekje?... Een dame is bezig enthousiast een filmpje te maken met bijbehorende tekst. Dit moet een keer of 5 overnieuw. Toch bijzonder interessant om aapjes te observeren;-) Bij The Neck hebben we nog een mooi overzicht over Lake Hawea. We hebben de tijd, dus maar even van het zadel en genieten maar. We krijgen de vraag of we vandaag naar Haast gaan. Nou... het is al na de middag...we zijn al even onderweg en Haast is nog een kilometertje of 105 verder. Nee, dat gaat hem niet worden vandaag. De vragenstellers kwamen uit Wanaka, dat was best wel ver.... men heeft geen idee van afstanden en fietstijden. 
Wanneer we langs Lake Wanaka fietsten zien we weer her en der sneeuw. En er zijn allerlei watervalletjes die langs de rotsen stromen. En waar het meer nauwer wordt zien we meer golfslag, dus meer wind...tegenwind... We komen in een vallei en hebben de laatste 20km flink tegenwind. We komen aan in Makarora, een gehucht. Maar wel een gehucht met een landingsbaan (een grasveld) voor vliegtuigjes en er is een hangar met twee helicopters. We overnachten in Wonderland. Tien jaar geleden hebben we hier ook overnacht. Geen steek veranderd. Ze hebben studio’s met een eigen badkamer. Stel je er niet teveel bij voor, maar we hebben een puntdak boven ons hoofd. De douche was heerlijk! En er is een café/restaurant. De WiFi is bijster langzaam, maar we kunnen een paar accommodaties boeken.

Haast
‘s Nachts is de stroom uitgevallen, dus de Nespresso machine in ons hutje kunnen we niet uitproberen. Bij het restaurant draait een zware aggregaat. Gelukkig kunnen we wel een ontbijt bestellen. De vliegtuigjes en helikopters vertrekken af en aan. 


Na het ontbijt vertrekken we. Het is zonnig maar we fietsen een hele tijd in de schaduw van de bossen, dus het is fris. Er is een waarschuwingsbord dat bij een brug een wachttijd is van een half uur. Door de hevige regenval een paar weken terug is er veel schade aan de Haastroad en de bruggen. De weg is heuvelachtig met her en der klimmetjes tussen de 7% en 12%. Wanneer we de Haast-pas beklimmen worden we aangemoedigd door een dame die uit een autoraam hangt. ‘We doen het goed en we zijn er bijna!’ Nou ja, er bijna zijn is niet helemaal waar. Ons tripje van vandaag eindigt na 80km, in het gehucht Haast. Maar ze bedoelt natuurlijk de top van de pas. We gaan een paar maal van de fiets om een waterval te bekijken. Wanneer we een bocht inrijden krijgen we een supermooi uitzicht op een besneeuwde berg. De uitzichten zijn allerminst vervelend;-) Na 50km begint de wind weer op te steken, tegenwind... Onderweg komen we geen restaurantjes o.i.d. tegen. We moeten het doen met de bumperbar’s uit de fietstas. Het is goed spul en we komen ermee in Haast.

zondag 23 februari 2020

Garston-Queenstown-Lake Wanaka

Garston
We ontbijten “buiten de deur”. In het dorp zijn nauwelijks levensmiddelen verkrijgbaar dus zelf iets maken is geen optie. Het restaurant om de hoek serveert een stevig ontbijt waar wij weer een stukje op kunnen fietsen. We zijn omringd door bergen maar fietsen zelf relatief makkelijk door de vallei. Een heel stuk waait de wind zelfs in de goede richting. Gezien de ervaringen van de afgelopen weken mag dat zeker niet onvermeld blijven! In Athol aangekomen besluiten we het asfalt vaarwel te zeggen en fietsen we verder over een fietstrail. Op het gravel is het redelijk fietsen. Garston blijkt een stip op de kaart te zijn. Welgeteld twee gebouwen, een oud hotelletje en een art gallery. Vroeger ging er zelfs een trein naar toe, maar dat was wel ten tijde van de goudkoorts. Onze overnachtingsplek is spartaans, maar bij gebrek aan alternatief prima. We mogen wassen en krijgen, ondanks dat het café om 5 uur sluit, nog iets te eten. Met een drietal vissers en drie andere fietsers wordt het nog gezellig ook.

Queenstown 
De drie fietsende Australiërs die ook in het hotel in Garston overnachten waren bijzonder fris en monter. De heren kunnen fietsen en zijn getraind in alcoholgebruik. Het zonnetje schijnt en we vertrekken richting Queenstown. In Kingston doen we een koffie met taart. Kingston ligt aan Lake Wakatipu. Schitterend uitzicht over het meer en bergen. We fietsen langs het meer. De weg is heuvelachtig. Bij Devils Staircase moeten we flink klimmen. We worden door de Australiërs ingehaald. Ze fietsen op lichte fietsen met heel weinig bagage. Naar mate we dichterbij Queenstown komen wordt het drukker. We kiezen voor een fietspadje langs het meer. 
Queenstown heeft een enorme metamorfose ondergaan. Ineens is hier alles hip en vooral enorm druk met toeristen. Hier is dan ook van alles te doen en de volgende dag scheuren we in een jetboat met 95 kilometer per uur over de Shotover rivier.

Wanaka
De volgende dag fietsen we vanuit Queenstown naar Wanaka. Er zijn eigenlijk twee mogelijkheden om naar Wanaka te fietsen maar via Cromwell is het twee dagen fietsen in plaats van rechtstreeks via Cardrona. Cardrona is echter een wintersportplaatsje dus er moet stevig geklommen worden.Via vele haarspeldbochten klimmen we de eerste steile meters. We halen een tandem in met twee Duitsers die al 4 jaar rondfietsen. Boven de 10% klimmen lukt ze niet dus dan moet de man de tandem omhoog duwen en de vrouw wandelt er achteraan. Het laatste stukje klimmen is het steilst, dus we hebben bij voorbaat al medelijden met de man. Zoals altijd bij dit soort figuren. Niet gehumeurd omdat het zo vreselijk zwaar is, maar vrolijk kwebbelend over hoe mooi het hier is! Boven aangekomen dalen we af naar het prachtige Cardrona hotel dat sinds de jaren dertig geen spat is veranderd. Daar verheugen we ons al enige tijd op appelgebak, maar gezien het tijdstip is lunch toch logischer. We dalen samen met de Duitsers verder af naar Wanaka. Naar beneden gaan ze wel heel erg snel.....;-) Wanaka is prachtig gelegen aan een meer. We doen een poging om een restaurantje te vinden waar we 10 jaar geleden rode bietensoep hebben gegeten. Er is een nieuwe eigenaar, maar die stelt ons niet teleur. We eten heerlijk.

Paragliding Wanaka

In Wanaka is het net als in Queenstown mogelijk om van alles te ondernemen. We kiezen voor een tripje paragliding. Het is prachtig weer waardoor het uitzicht als je bovenop de berg staat al fenomenaal is. Als je er vervolgens vanaf springt en een tijdje mag rondzweven..... wauw!

Hallo Lake Wanaka!!!!


dinsdag 18 februari 2020

Lake Manapouri



Tuatapere-Manapouri-Mossburn

Manapouri
Er is een weer- en windwaarschuwing voor de regio waar wij fietsen. We hebben het de vorige avond uitgebreid met Ron en Tony over gehad. Er is zelfs een aanbod gedaan om ons naar Manapouri te brengen als het echt slecht weer is. We hebben het ook over de Milford Sound gehad. De weg van Te Anou richting de Milford Sound is nog steeds afgesloten. Het repareren duurt toch langer dan verwacht. Dus de Milford Sounds gaan we niet meemaken. Hopelijk lukt het wel bij Manapouri om van daaruit naar de Doubtful Sound te gaan. Al is de verwachting dat het erg druk is omdat de toeristen uitwijken naar de Doubtful Sound.

Ron was, toen we voor het ontbijt arriveerden, al op de iPad aan het kijken hoe de weersvoorspelling is. Het is grauw en het miezert. Maar op de weer-app staat dat het zonnig weer moet zijn. Op de site van Metservice, de NZ weermannen, staat toch echt de wind- en regenwaarschuwing. Wind met een snelheid van 120km/per uur en hevige regenval. We kijken naar buiten en in de richting waar we heen gaan is zelfs een strookje blauw te ontwaren. Tja, wat is wijs? Is het veilig? Volgens Ron zal het niet zo’n vaart lopen. Het ziet er ook niet heel erg slecht uit en het waait nauwelijks. Na het gezellige ontbijt tuigen we de fietsen op en vertrekken we. Het is zelfs warm. We trekken het fietsjasje uit en fietsen een hele tijd in shirt. De hele rit is er geen eten of drinken te krijgen. Wel is er een openbaar toilet waar we dankbaar gebruik van maken. Het is bij een school, achter het zwembad. (Openbare toiletten zijn in NZ erg netjes) Na ongeveer 50km moeten we een pas over om Mount Black te bedwingen. Dit betekent 2400 klimmen met stijgingspercentages tussen 7%-12%. Bovenaan gekomen begint het te miezeren. Voor de afdaling gaan de regenjasjes aan om niet koud en nat te worden. Zo’n 5km voor Manapouri begint het echt te regenen. Maar we prijzen ons gelukkig, want het echte noodweer is ons bespaard gebleven.

Na een douche zijn we wel aan een hapje toe. Later informeren we naar een tochtje Doubtful Sound. We worden teleurgesteld. Alles is volgeboekt. De eerst volgende mogelijkheid is woensdag, en het is nu zondag. We gaan morgenvroeg op tijd naar de haven in de hoop op afzeggers...

We stonden als nummer 8 en 9 te boek voor eventuele annuleringen bij de boot. Maar helaas was iedereen ingecheckt. Voor de boot om 10:30 uur stonden 49 op de wachtlijst en de boot in de middag zo’n 32. Kansloos voor een plekje. We hoorden dat er nu pas over 8 dagen de eerst volgende boeking mogelijk is. We moeten het weer zonder een tochtje Doubtful Sound en Milford Sound doen. Een Nederlands echtpaar vertelde ons dat ze begin januari al geboekt hadden, maar dat ze zich in de datum hadden vergist. De boeking was voor gisteren. Helaas pindakaas, no-show en geld weg. Beetje zuur. Gelukkig hebben wij ons geld nog;-)
We rusten een beetje uit. Zoeken met een mega-trage WiFi accommodatie voor de komende fietsdagen en maken een wandeling langs het meer. Genietend van de zon.

Mossburn
Het heeft in de nacht behoorlijk geregend. Het is grauw en de bergen zijn bedekt met wolken. De weersvoorspelling is niet erg goed. We vertrekken met een fietsjasje aan. Al vrij snel gaat een laagje uit en we fietsen uiteindelijk in een shirt. Het is zonnig en de temperatuur is goed. De eerste 40km is vals plat. Het grove asfalt maakt het fietsen nog iets zwaarder. De uitzichten zijn weer erg mooi. Her en der zijn plekken gemaakt waar een fotostop voor auto’s/campers kan worden gemaakt. Van deze plekken maken we ook gebruik om even te rusten, eten en genieten van het uitzicht. Wanneer we ons helemaal alleen wanen op zo’n plek wordt het ineens heel druk met auto’s en campers. Tja, we zijn kudde dieren, dus wanneer er mensen staan dan is het vast mooi... Hebben die andere gemotoriseerde toeristen dankzij ons ook mooie foto’s, niet door de voorruit gemaakt;-)

De afgelopen dagen zien we vaker fietsers. Soms zien we mensen al vroeg in de ochtend ons tegemoet fietsen, dan vragen we ons af waar ze toch vandaan komen. Soms laat in de middag en dan vragen we ons af waar ze toch heen gaan. Hier is een volgende plaats met accommodatie niet echt om de hoek. Als er veel bagage mee is dan zal er wel ergens wild gekampeerd worden. En anders zijn het gewoonweg superbikkels die al tig km’s op de fiets zitten in alle vroegte of nog tig km’s voor de boeg hebben, laat in de middag.

zaterdag 15 februari 2020

Onderweg naar Tuatapere



Curio Bay-Invercargill-Tuatapere

Invercargill 
Helaas geen ‘privé’ zeehond of pinguïn gezien. Alleen Freddie de egel (Reclame van de Oudejaarsloterij;-)). 
Volgens de routebeschrijving zouden we zo’n 13km over gravel moeten worden gefietst. Dat viel heel erg mee. Het stuk dat met borden was aangegeven als gravel was niet echt gravel, zeg maar slecht wegdek. En gelukkig niet eens 13km. Er moet vrijwel direct geklommen worden, steile klimmetjes. Na een tijd ploeteren komen we aan in Fortrose. Aan de kust is een restaurantje waar we gaan lunchen. Het is niet zo fraai weer. Er komen en gaan heel wat toeristen in het restaurantje. We verbazen ons dat er door het raam foto’s van het uitzicht worden gemaakt. Ze zullen het wel gewend zijn, foto’s gemaakt door voorruiten van auto’s en campers. We komen veel huurauto’s en campers tegen. De bijrijder maakt al rijdende foto’s/filmpjes of ligt te pitten. En dat al vroeg in de ochtend... 
Als we Fortrose uitrijden is de weg ineens afgezet. Er is een omleiding van 36km. Dat is schrikken, want het is al ruim 80km naar Invercargill. Op de kaart zien we ook geen mogelijkheid om de omweg te verkorten. Tja, wat doen we? Gaan we door met het risico dat we echt niet verder kunnen en een nog langere etappe voor de kiezen krijgen of gaan we gedwee om? Na kort beraad gaan we voor doorrijden. We komen eerst lege voertuigen en werktuigen tegen, daarna komt een auto met een zwaailicht ons tegemoet. Maar er wordt geen acht op ons geslagen. Even later komt er nog een auto met zwaailicht. Deze stopt zelfs, maar de inzittenden kijken niet naar ons maar naar de andere kant van de weg, een weiland in. Het zal wel. We rijden door. Her en der is de toplaag van het asfalt weg en we moeten een stukje over net ingereden gravel. We hebben weer wind tegen en het is grauw en koud. Af en toe miezert het. Waar is de zomer? Plotseling zijn de wegwerkzaamheden voorbij. De omgeving wordt saaier, weilanden, schapen, koeien. En vlakker, maar niet helemaal. In Invercargill hebben we een cabin op de stadscamping gereserveerd. Het is een hokje met twee bedden, niet meer, niet minder. Met onze spullen erin kun je je kont niet keren. Maar het is niet anders, alles is vol. Na een douche gaan we Invercargill in. Een stad die niet voelt als een stad. Alles is recht-toe-recht-aan. Geen sfeervol plein met de kerk in het midden en ernaast een kroeg. Nee, die Nederlandse gezelligheid is hier niet. De halve stad wordt ook nog eens gesloopt/gerenoveerd, dus dat verhoogt de gezelligheid ook niet. 

We hebben voor de volgende dag een rustdag en wasdag ingepland. Er is bij Ibis nog een ‘appartement’ vrij. Daar kunnen we pas om twee uur inchecken. We hebben dus alle tijd om ergens een ontbijt te scoren. Via Google Maps komen we bij de Batch. Een hippe tent. En druk! Er staat een rij voor de counter om te bestellen. Blijken we in de hotspot van Invercargill te zitten. Alle tafeltjes zijn bezet. Aan een lange tafel zit een groep ouderen die ons uitnodigen aan te schuiven. Het wordt een heerlijke ontbijt met leuke gesprekken. De dames en heren komen er elke vrijdag en sommigen ook voor de lunch op zondag.

En weet je wat zo grappig is? Zit je in een hippe tent, wat voor muziek verwacht je? Nou?Fleetwood Mac, Bon Jovi met de Bed of roses. Oude, maar herkenbare meuk. Grappig. Eigenlijk horen we overal de golden oldies voorbij komen. Grace Jones La vie en rose, Zz-Top, the Carpenters, ABBA enz. Wat dat is, weten we niet.

Het is Valentijnsdag. Ook wij moeten avondeten. Lastig. Veel is gereserveerd. Ook bij de Ierse pub...tja, wie wil daar niet romantisch tafelen;-) Het wordt uiteindelijk het restaurant van een hotel... correctie in de cocktail bar van een hotel. (Restaurant is vol, maar in de bar kunnen we ook eten) We laten de cocktail van de dag, Pornstar Martini, maar aan ons voorbij gaan. Romantisch dineren blijkt hier overigens prima te kunnen in pak met daaronder met modder besmeurde werkschoenen.....;-)

Tuatapere
De eerste 40km zijn niet de mooiste. Eerst de stad uit en daarna veel weilanden. Bij Riverton doen we een bakkie. We wanen ons weer in de jaren 70. Allerlei dingen uit die tijd staan in het restaurantje. En natuurlijk vergeet de muziek niet;-) Wanneer we Riverton uitrijden moeten we direct weer klimmen. We hebben een mooi uitzicht over de rivier, het is eb. Het blijft klimmen én dalen. We zijn in Fiordland. En gelukkig zitten we niet te pitten, want we hebben weer een super uitzicht. Bergen én zee. Mooie baaien en stranden. Af en toe wanen we ons op de set van The Dukes of Hazzard. Er rijden dergelijke auto’s rond. Blijkbaar ergens een event. We vonden dat vroeger een leuke serie. Waarschijnlijk is het nu super suf als je ernaar kijkt. Toen gingen we er echt voor zitten. 
Afslagen naar stranden met mooie namen zoals Cosy Nook, Monkey Beach, Colac beach. In Orepuki stoppen we bij een restaurantje om te lunchen. En een echt terras. 
In Tuatapere hebben we een b&b gereserveerd, bij Ron en Tony’s b&b. Twee aardige kerels met leuke verhalen. 


woensdag 12 februari 2020

Balclutha-Nugget Point-Owaka-Curio Bay

Nugget Point
Nadat we naar de supermarkt zijn geweest om boodschappen te halen voor ons avondmaal, gaan we op pad. We nemen de afslag ‘Southern scenic route’. De wind is nog steeds niet moe. We moeten eerst klimmen maar daarna is de route relatief vlak. We rijden langs weilanden die flink onder water zijn gelopen. In een weiland staan twee tractoren het water weg te pompen via enorme slangen, vele honderden meters, de rivier in. In een ander klein weiland staan heel veel koeien omdat de eromheen liggende weilanden onder water staan. Het is vorige week hier flink tekeer gegaan qua regen. Het gebied heet The Catlins. Het uiterste zuiden van het Zuidereiland. We zien de zee. Eindelijk het gevoel dat we op een eiland zijn. Het gebied staat bekend om de zeehonden, zeeleeuwen en geel-oog pinguïns. Bij Kaka Point drinken we een cappuccino en eten we een soepje. Dit is de laatste mogelijkheid om nog iets te eten en drinken te kopen. In het ‘winkeltje’ (toiletpapier, blikken soep, frisdrank en yoghurtjes) halen we toch nog een blikje soep en een yoghurtje. We overnachten in de Nugget Lodge. Deze accommodatie ligt zo’n 6km vanaf Kaka Point. Geen avondeten in een restaurantje. Maar een maaltijd uit de fietstas;-) We hebben wel een ontbijt kunnen boeken. Dus dat is geregeld. We stappen weer op, op zoek naar de Nugget Lodge. (www.nuggetlodge.co.nz) Nugget Point (een wit vuurtorentje) zien we al. Daar ergens zullen we slapen. Op de gps ziet Marcel een bedje vermeld. Er zijn allemaal accomodaties aan deze weg. Het was een flinke zoektocht voor ons om een overnachtingsplek te vinden, omdat alles vol is. Maar uiteindelijk vonden we met veel mazzel dit juweeltje. We hebben de bovenste kamer, ze noemen het de Lighthouse unit. Vanuit de kamer zie je de zee. En we hebben een leuk balkon om op te zitten. De super aardige beheerster is zelf nog steeds helemaal blij met het uitzicht. En ze glimt als ze verteld dat we op het juiste moment aankomen, het werd vloed. Ze vertelt ook dat er op het strand aan de linkerkant regelmatig zeeleeuwen komen. De verrekijker als standaard inventaris ligt al gereed. Het is schitterend weer, dus we stappen op de fiets en fietsen naar Nugget Point. We moeten nog flink klimmen. Bij Roaring Bay stappen we af en wandelen we richting de baai waar de pinguïns aan land komen. Maar die rakkers zijn ook gewoontedieren en laten zich pas na 16 uur zien. Dan schijnen ze één voor één uit de zee te waggelen. We fietsen door tot aan Nugget Point. Dan lopen we naar en uitzichtpunt en de vuurtoren. We zien daar zonnebadende zeeleeuwen en een schitterend uitzicht op de zee. Terug bij de Nugget Lodge blijven we hopen op onze ‘privé’ zeeleeuwen. Maar niets gespot. Ja, elke keer wel iets, maar dat bleek zeewier te zijn. Toen een quad over het strand reed om de hond uit te laten wisten we zeker dat we geen zeeleeuw meer zouden spotten. Maar de super fitte hond die blij achter zijn baas aanrende maakte veel goed. 

De volgende ochtend toch de zeeleeuwen gespot! 

Owaka
Na ons heerlijke ontbijt zijn we vertrokken. Eerst een stuk terug fietsen en na de afslag naar Owaka begon het klimmen weer. Een slaperig stadje. Volgens mij heet hier iets een stadje als er een supermarkt is. Er zijn een paar koffietentjes, een kroeg, restaurant (die juist vandaag gesloten is...) en een soort foodtruck. Bij de foodtruck halen we ons avondmaaltje.

Curio Bay

Wanneer we vertrekken is het bewolkt. En de bergen zijn omhuld met mist. De weg is heuvelachtig. We hebben meerdere klimmetjes te gaan, 5 tot 10% is vrij normaal. Ineens wordt het zonnig. We trekken weer wat laagjes uit. Heerlijk! Als we achterom kijken dan zien we een fietser. Na enige km’s haalt hij ons in. Hij zegt ‘finished’ en zet zijn camera op de helm uit. Het is een Italiaan die in zijn eentje fietst. Hij blijft een tijdje bij ons fietsen. In Papatowai gaan wij een kop koffie drinken en zien we hem voorbij rijden. Na 40km komen we bij de whistling frog, een restaurantje. En daar zit de Italiaan te lunchen. Hij is ook onderweg naar Curio Bay. Als hij uitgegeten is vertrekt hij en wij wachten op onze lunch. Het is nog flink klimmen en weinig dalen. De uitzichten zijn weer ‘gewoon’ mooi, bergen. In Waikawa gaat net de Fish en Chips kar open. Maar we moeten nog ruim 6km verder voor Curio Bay. Daar hebben we een laatste appartement kunnen bemachtigen. Alles was volgeboekt. Weer een juweeltje. Uitzicht vanuit de kamer is het strand en de zee. curiobay.co.nz  Er schijnen hier zeehonden en pinguïns aan land te komen. Maar tot nu toe alleen surfers gezien. Even verderop is een restaurantje waar we gaan avondeten. We treffen daar de Italiaan weer. 

zondag 9 februari 2020

Lawrence-Balclutha

Lawrence
Het regent wanneer we vertrekken. We rijden over de stuwdam en fietsen aan de andere kant van de rivier. Eerst volgen we een trail naar Roxburgh. Ongeveer 10km volgen we de trail. Het is een pad van gravel en zand. Het is lastig fietsen. Bochtjes, smalle paadjes met korte klimmetjes en afdalingen. Het zand en gravel is nat en maakt daardoor het fietsen zwaarder. In Roxburgh verlaten we de trail en fietsen we over de weg. We zien af en toe bordjes bij de trail staan dat er sprake is van overstromingen. Het is een regenjasje aan/uit, truitje aan/uit gebeuren. Het waait. Zon wordt afgewisseld met zomaar een buitje, zelfs even hagel. Na Millers Flat volgen we toch weer een trail langs de rivier. De trail is vlakker dan de weg en redelijk goed te fietsen. Daardoor is gelukkig ook wat meer oog voor de mooie omgeving. Even voor 5 zijn we in Lawrence in een mooi motel met een heerlijk warme douche. Lawrence ligt niet op de route, maar op de route zijn alle overnachtingsplekken volgeboekt. De route zou totaal 114 km zijn zonder mogelijkheid om ergens te overnachten. Een beetje te veel van het goede. We denken met een ommetje de route in Balclutha wel weer op te pikken.

Balclutha
Net voor Lawrence zagen we een bordje met aan duiding ‘Balclutha 60km’. Op Google Maps leek het een aardige weg om over te fietsen. We fietsen de volgende dag naar de afslag en al vrij snel moeten we klimmen met percentages van 13 tot 15%. Het gaat zo een tijdje door. Tijdens een korte en steile afdaling zien we de volgende klim al. Het waait (wind tegen) en het is koud. Na ruim een uur ploeteren hebben we nog geen 8 km afgelegd. We komen tot de conclusie dat deze weg, in ieder geval voor ons, “onfietsbaar” is. Er zit niets anders op dan om te keren, terug naar Lawrence. 
In Lawrence drinken we eerst een warme bak cappuccino. Via een omweg naar Balclutha is een optie, maar het is inmiddels daarvoor natuurlijk ook al aan de late kant. Bovendien zijn we na ons helse uitstapje niet meer zo “fris”. Als we vanuit het koffietentje naar buiten kijken zien we een busje met een fietstrailer. Aan de chauffeur vragen we of hij ons naar Balclutha kan brengen. Dat kan. Fietsen gaan niet op de trailer maar handig in het busje en we vertrekken zonder trailer naar Balclutha. 

De omweg naar Balclutha leek vanuit het busje ook niet mals te zijn, dus zijn we blij met de gemaakte keuze. De chauffeur legt uit dat eigenlijk de enige fietsbare route naar Balclutha de originele route is die we hadden moeten volgen. Tsja.... Bij aankomst is er zelfs nog tijd om snel een wasje te draaien. 

vrijdag 7 februari 2020

Stuwdam Lake Roxburgh





Cromwell





Cromwell-Alexandra-Lake Roxburgh

Cromwell
We staan vroeg op. Buiten is het droog en volgens de radar blijft het ook droog. De ontbijtzaal komt tot leven met een heleboel Chinezen. De jasjes blijven aan als ze het ontbijt wegwerken. De thermosflesjes met thee worden gevuld. 
Na het ontbijt vertrekken we. Het is nog koud, 7gr. Altijd een dingetje qua kleding met zulke temperaturen. Meerdere laagjes aan. De mededeling op de borden is dat de eerste 80km geen brandstof te verkrijgen is voor zowel voertuigen als de bestuurders en er zijn ook geen toiletten aanwezig. De eerste 20km is vals plat. Daarna moeten we de Lindis Pass (971m) over. We zien weer sneeuw op de bergtoppen. De tegenwind is koud. We stoppen een aantal maal om te wisselen met de laagjes. Bovenop de pas verbazen we ons over de mensen. Er staat een auto met draaiende motor. Campers rijden door en nemen niet de tijd om van het waanzinnig mooie uitzicht te genieten. Net zoals de dame die achterin de auto met draaiende motor zit. Een jongen klimt over een hek en rent een berg op. Een groep kijkt met verbazing naar hem. De groep gaat in een bus die wil vertrekken. De buschauffeur roept de jongen en geeft hem een standje ‘hij moet niet over het hek klimmen maar gewoon bij het uitzichtpunt kijken’. Tja, als je een hele dag op je kont zit heb je energie over... En over hekken klimmen doe je niet in Nieuw Zeeland. Nee, hier is alles geregeld, uitzichtpunten met parkeerplaatsen, rust/picknickplaatsen, openbare toiletten. Dat klinkt heel betuttelend, maar er is geen plek om zomaar even aan de kant van de weg te stoppen en uit de auto te stappen. In iedere geval niet veilig... Na de pas is het heerlijk naar beneden suizen, maar nog steeds een koude tegenwind. 61km/p/u toen ik op de teller durfde te kijken. Jammer dat een helm verplicht is, anders lekker de wind door de haren. We moeten nog stevig doorpeddelen om op tijd te zijn in Tarras. Daar is een benzinepomp, openbare toiletten, souvernierwinkel en een restaurantje. Niet meer en niet minder, that’s it. Het restaurantje sluit om 15:00 uur. Nog mooi op tijd voor de taart! Er is immers iemand jarig. Daarna moeten we nog verder om in Cromwell te komen. Met 110km op de teller komen we aan bij de besproken b&b. Na een heerlijke douche naar het dichtstbijzijnde restaurantje. Het centrum is nog 2 km lopen, dat gaat met deze benen niet meer lukken..... We genieten van een heerlijk diner met prachtig uitzicht over de rivier en de bergen.

Alexandra
We hebben besloten om de volgende etappe te verkorten. De beentjes hebben rust nodig. Het is vandaag Waitangi day, een nationale feestdag. Daardoor is het waarschijnlijk bijzonder druk op de weg. De weg is smaller en tweebaans. Niet erg prettig. Het waait pittig, helaas tegenwind, en het is een koude wind. We volgen de rivier. Vroeger werd in dit gebied goud gedolven. Even voor Clyde komen we langs een stuw. Met veel gedonder klettert het water naar beneden. De stuwdammen zijn de belangrijkste energievoorzieningen voor Nieuw Zeeland. Na Clyde volgen we een stukje van een rail trail. We hebben eigenlijk het idee dat er een gravelpad naast de weg is gelegd. Via de trail bereiken we Alexandra.

Lake Roxburgh
Als we Alexandra uit fietsen is het meteen klimmen geblazen. Het waait nagenoeg niet. De zon schijnt en tijdens het klimmen brand je uit het jasje. Jasje uit, truitje aan. Tijdens afdalen is het weer fris. De omgeving is weer schitterend. Bergen en rivieren, meren zijn onze uitzichten. En heel veel merino schapen. Het is telkens weer maf om te zien. Ze liggen of staan bij het hek en worden niet heet of koud van de langsrijdende auto’s of motoren. Maar als wij geluidloos aankomen peddelen draaien ze zich allemaal naar ons om en besluiten om heel hard weg te rennen. Eigenlijk doen alle dieren dat, koeien, herten, schapen. Alleen paarden durven staan te blijven. De weg blijft op en neer gaan met uitschieters van 10% omhoog. In Lake Roxburgh hebben we een kamer in een Lodge besproken. Het plaatsje heeft ongeveer 30 woningen en verder geen winkel oid. De Lodge heeft ook een restaurant waar we kunnen avondeten. Ze doen niet aan lunch, maar een pasta wil Anna wel voor ons maken. Vlakbij de Lodge is een stuwdam. Met veel geweld dondert het water naar beneden. Fascinerend om te zien.

dinsdag 4 februari 2020

Omarama

We doen rustig aan want naar Omarama is het niet zo ver. Nog steeds is de weersvoorspelling niet om over naar huis te schrijven. Het zonnetje schijnt echter volop en het is drukkend warm. Eenmaal op de fiets blijkt de wind ook eens de goede kant op te blazen, dus zijn we zelfs nog voor het middaguur in Omarama. Verder fietsen is helaas geen optie. De volgende etappe is 110 km zonder mogelijkheden om te overnachten, dus we kunnen ook niet nog een klein stukje verder.
We slapen in een motel bij een grappig “yeah, yeah, yeah-mannetje” en kunnen ook nog even de was doen. 
Het weer blijft ons ondertussen bezig houden. Het is eigenlijk opmerkelijk dat het de laatste dagen  nog droog is. Nieuw Zeeland wordt geteisterd door zware regenval in het westen. De verwachting is steeds dat de regen over de “Alpen” trekt en ook bij ons voor nattigheid zorgt, maar zodra de wolken onze kant opkomen lossen ze op. We zien op de regenradar dat de regen soms op amper 10 km van ons vandaan is terwijl wij zitten te puffen in de zon. 
Voor de volgende dag wordt ook bij ons veel regen voorspeld. Een rustdagje inlassen lijkt logisch, maar toch zetten we de wekker vroeg om te zien of het ook daadwerkelijk regent. Ja dus. We kunnen niet blijven bij mr. “yeah, yeah, yeah” (vol) dus verhuizen we naar een hotelletje verderop. Daar zijn de kamers natuurlijk nog niet schoon, dus kunnen we nog niet inchecken. De dame van de receptie stelt voor om ons met de auto naar een koffietentje te brengen om daar even rustig te wachten, dan haalt ze ons over anderhalf uur wel weer op....”fietsend door de regen duurt het uren” volgens haar. In de krant lezen we ondertussen dat door modderstromen sommige wegen in het westen zijn versperd en dat het enkele dagen duurt voordat de weg weer vrij is. 

Voor morgen slaan we alvast het nodige aan proviand in, want onderweg is niets te koop. Volgens de verwachtingen is het morgen weer droog!

zondag 2 februari 2020

Lake Tekapo-Twizel

Het ontbijt op bed was een grote teleurstelling. Voor de kamerdeur stond een bruine papieren zak met een voorgesmeerd hamburgerbroodje met sla en ham, twee yoghurtjes en twee appels. Beetje karig voor zo’n luxe tent die ons heeft gelokt met een uitgebreid ontbijt. Toen Marcel zei dat het geen echt ontbijt is werd direct de tafel gedekt voor acht personen en konden we toch ontbijten in de ontbijtkamer. Via de mobiel werd uitgelegd dat het een ‘emergency’ was vanwege het Corona virus. De dochter van de eigenaar kreeg Marcel aan de telefoon. Die vertelde dat de overheid had meegedeeld om niet veel mensen bij elkaar te hebben. Raar verhaal, want de hotels en restaurants zijn gewoon open. En op de site van het ministerie staat gewoon hetzelfde als bij ons in Nederland. Maar we krijgen de volgende dag gewoon ontbijt in de ontbijtkamer, omdat we niet op zo’n broodje kunnen fietsen. Wie zou er bang zijn om ziek te worden? Er werd ons meegedeeld dat we moesten verhuizen van kamer. Ze waren overboekt. Of we onze spullen wilden inpakken en als we om 15 uur weer terugkwamen zouden we verhuisd zijn. Na wat heen en weer gepraat maakten ze eerst de kamer gereed waar we heen moesten en daarna de rest. Gedoe, gedoe, gedoe....;-) Uiteindelijk hadden we nu wel ruimte om ons wasje buiten op te hangen. En de rustdag kon beginnen.

De volgende ochtend werden we in de ontbijtkamer direct ‘besprongen’ en kregen we Dethol op onze handen gespoten. Na het ontbijt moest de kamer voor de extra nacht nog worden afgerekend. Ze berekenden een hoger bedrag dan de nacht die we via booking.com hadden geboekt. Tja, we hadden (ongevraagd) een luxere kamer gekregen... Er werd weer met dochterlief gebeld, maar uiteindelijk werd het toch de andere (lagere) prijs. We kregen nog via de telefoon een tekstje te zien dat er in China veel Chinezen zijn...(joh.) en dat ze vakantie hebben... Dat de Chinezen vakantie hebben daar zijn we al achter. Nieuw Zeeland wordt door hordes Chinezen bezocht. In Lake Tekapo is zelfs een winkel helemaal ingericht voor Chinezen inclusief Chinees personeel. Onderweg zien we veel informatie in het Chinees vermeld staan. Je moet soms zoeken naar de Engelse versie. Het zorgt soms ook voor grappige bordjes op het toilet. “Toiletpapier in het toilet en niet in de prullenbak a.u.b.”


We verlaten Lake Tekapo. We volgen de route langs de stuw en langs het kanaal. We hebben een schitterend uitzicht door het dal, langs een rivier richting de bergen. Even later slaan we een gravelpad in, verder langs het kanaal. Het waait enorm. We moeten in een spoor van ongeveer 20cm breed rijden. Alleen lukt dat niet. De (zij)wind duwt ons telkens uit het spoor. Een gevecht dat we telkens verliezen. Door de stenen naast het spoor kunnen we niet fietsen. We moeten zelfs een stukje lopen maar ook dat is lastig. We kunnen bijna vliegeren met onze fietsen. Het water uit het kanaal spat tegen onze benen. Na een km of 11 zien we de hoofdweg weer. De route gaat eigenlijk rechtdoor, maar het is zo niet te doen dus verlaten we het gravelpad en gaan verder op weg 8. We hebben nu de wind eventjes in de rug. Beter voor ons om te fietsen, maar helaas van korte duur. Het weerbericht gaf hevige regen aan in de regio waar we naar toe fietsen. We zien donkere wolken en de temperatuur zakt van 27 naar 20 graden. We hebben geluk. We komen droog aan in Twizel. Slechts 60km op de teller maar we zijn toch aardig vermoeid. Op zoek naar onderdak. Alles lijkt vol te zijn. Maar uiteindelijk blijkt het mee te vallen. De “no vacancy”-borden zijn nog van afgelopen nacht. Twee kamers verderop zit toevallig een Indiaas echtpaar die we onderweg ook hebben gezien en even gesproken. We worden uitgenodigd voor een kopje Indiase thee. 

vrijdag 31 januari 2020

Lake Tekapo



Onderweg naar Lake Tekapo



Geraldine-Fairlie-Lake Tekapo

Geraldine-Fairlie
Wanneer we wakker worden regent het. Uiteindelijk miezert het nog wat als we vertrekken. De temperatuur is flink gezakt, tussen de 13 en 15 graden. Altijd lastig wat aan te trekken qua kleding, zeker wanneer er geklommen moet worden. Na 10km is er een bierbrouwerij waar ook koffie verkrijgbaar is. Hierna zou een hele tijd niets verkrijgbaar zijn. Dus dan maar een vroege koffiestop. Na de koffie miezert het nog een heel klein beetje en na veel klimmen klaart het dan toch op. Het wordt gewoon weer zonnig en warm. De laagjes weer uit en in de tas. Als we van het uitzicht genieten zien we aan de rechterkant van de weg (hier rijd je links) beneden ons langzaam rijdend verkeer. Ineens zien we iemand lopen op de weg omhoog, even later zien we dat een fiets omhoog wordt geduwd. Het is zelfs een tandem. Met verbazing aanschouwen we het tafereel. Op de fietstassen zijn stickers van vlaggen geplakt, ze hebben al heel wat landen aangedaan. We vragen ons af hoe moe je op het einde van de dag bent. Het is mega zwaar om een fiets met bepakking omhoog te duwen. En hoelang doe je over afstanden? We hebben ooit bedacht om ook een tandem te nemen op het moment dat één van ons niet meer deze tochtjes kan maken. Maar als we dit zien vragen we ons af of dit voor ons wel een oplossing is. In ieder geval maar zolang mogelijk fit blijven is de hoop en de wens.

Ruim 10km voor Fairlie zien we borden van de Farm Barn met bemoedigende teksten dat we er bijna zijn. Even later de mededeling ‘na de bocht ben je er’. https://southcanterbury.org.nz/business-listing/farm-barn-cafe-ltd/ Daar geluncht met een prachtig uitzicht. 
Nog een paar klimmetjes en dan mogen we afdalen, het plaatsje Fairlie in. We zijn mooi vroeg, alleen blijkt alle accommodatie al vol te zijn. Dan maar naar het Holiday Park om een cabin te huren. Daar hangt een papiertje op het raam dat om 15 uur het kantoortje pas open is. Er zit niets anders op dan 45min te wachten. Wanneer de receptie open is krijgen we te horen dat ze volgeboekt zijn en dat heel Fairlie volgeboekt is vanwege een evenement met honderden bikers. De beste man belt nog een bekende, maar er is geen plek. We gaan naar de VVV, in de hoop dat die ons kan helpen. De dichtstbijzijnde accommodatie is bij Lake Tekapo, maar dat is te ver voor ons. Én volgens de beste man ook volgeboekt vanwege de bikers. Hij biedt aan om voor zijn Dutch-Friends nog rond te bellen als we niets vinden. De dame bij de VVV was niet echt actief. Maar door stug te blijven wachten lukt het uiteindelijk om een kamer te reserveren via airbnb. Onze redding voor deze nacht. Bij een alleenstaande moeder die haar logeerkamer beschikbaar stelt. We kunnen zowaar via WiFi weer internetten, dus maar snel voor de volgende dag, plus een extra rustdag, een reservering gemaakt bij Lake Tekapo.

Fairlie-Lake Tekapo
Wanneer we Fairlie uitrijden staat langs de kant van de weg een signaleringsbord met de waarschuwing dat het erg hard waait. We denken nog even dat we mazzel hebben en de wind in de rug hebben, maar helaas. In de verte zien we ‘stofwolken’, althans dat denken we op dat moment. We peddelen gestaag door. Tegenwind en klimmen. Even later zien we blushelikopters af en aan vliegen. De stofwolken zijn rook. Er is een flinke brand. Het is erg droog in Nieuw Zeeland en overal kom je borden tegen met de waarschuwing dat het brandgevaar hoog is. We fietsen door en gebruiken de Buff’s als mond/neusmasker. Aan een brandweerman, die aan de kant van de weg staat, vragen we of het wel veilig is om door te gaan. Dat is het volgens hem, om er lachend aan toe te voegen; “Als je hard kunt fietsen!”. We fietsen door. Ademen is lastig. We klimmen, het waait hard en er is rook. De brandweer is met man en macht bezig. We horen later dat er een boerderij verwoest is. We zijn blij als we voorbij de brand en rook zijn en weer vrij kunnen ademen. Het blijft klimmen én waaien. In de verte zien we besneeuwde bergen. Het is bijna onmogelijk om er, door de harde wind, een scherpe foto van te maken. Wanneer we een stukje afdalen is het nog steeds werken. In bergverzet trappen we ons een ongeluk en halen tegelijk amper 10km per uur. In Lake Tekapo aangekomen gaan we buiten lunchen. De temperatuur is gewoon goed en we hebben een plekje uit de wind. Wanneer we bij het hotel aankomen worden we door een Aziatische man en vrouw verwelkomt. Eerst krijgen we een desinfectie gel. Zeker bang voor het Corona virus...? Ze spreken geen Engels dus pakt de vrouw haar mobiel en legt via de mobiel in het Engels het e.e.a. uit. Het ontbijt wordt op de kamer geserveerd en niet in de eetkamer vanwege een “emergency”. Blijven vreemde jongens die Aziaten. Maar de kamer is prima in orde, een heerlijke douche en alles wat we nodig hebben. Hopelijk kunnen we ook heerlijk slapen, daar zijn we na wat mindere nachten aan toe.

woensdag 29 januari 2020

Onderweg


Christchirch-Methven-Geraldine

Christchurch-Methven
We waren vroeg wakker. Dan maar een vroeg ontbijt en op tijd vertrekken. Het eerste stuk was druk. Zoals altijd als je een stad verlaat. Later werd de weg rustiger. Een saaie lange rechte weg, vals plat én tegenwind. Een mooie samenloop van omstandigheden..niet echt. Maar helaas ontkom je niet aan saaie stukken, vals plat en tegenwind, ook niet in Nieuw Zeeland. Wel zijn er bergen in de verte te zien, een mooi goedmakertje. We rijden langs velden die besproeid worden door hele grote, een paar honderd meter lang, zelfrijdende sproeimachines. Weilanden met Merino schapen of weilanden met koeien.
In totaal hebben we ongeveer 500 hoogtemeters geklommen. Dan ineens komt er een mooie afdaling met uitzicht over de Rakaia Gorge. Een mooie uitgesleten grillige rivier met turkoois gekleurd water. En verder bergen om ons heen. Na de brug over de rivier zou een motel moeten zijn. Maar helaas, een motel is niet aanwezig. Bij de camping gevraagd wat er in de buurt is. Uiteindelijk moeten we naar Methven. Volgens de dame van de camping nog 19km. ‘Nog even de berg over en daarna gaat het naar beneden’. Echt, waar? Methven is toch een wintersportplaatsje? ‘Ja, hoor. Je merkt het bijna niet maar de weg gaat echt naar beneden.’ De dame is super relaxed. Als we een half uurtje willen rusten dan zijn we van harte welkom. We 
gaan verder, de berg over. Altijd fijn na 80 km vals plat nog even klimmen met een stijgingspercentage van 12%. Daarna zou het afdalen worden volgens de dame van de camping. Wat we al dachten, geen daling maar nog even serieus klimmen. 10% stijgen voelt misschien in de auto toch anders;-) In Methven aangekomen staat de teller op ruim 100 km. We zoeken een motel. Het komt ons allemaal vaag bekend voor. Even het blog van 10 jaar terug bekeken. We hebben de indruk dat we ook nog eens in dezelfde kamer zitten als toen. Dit keer geen sneeuw op de bergtoppen te zien. En hopelijk morgen ook geen regen en kou. In 2010 reden we een route in omgekeerde volgorde. 

Methven-Geraldine
De zon komt al snel tevoorschijn. Er is weinig wind. Het belooft een mooie fietsdag te worden. We zitten door ons uitstapje naar Methven niet meer op de route. Maar de kaart laat zien dat we niet dezelfde route terug hoeven. We rijden Methven uit. Verderop moeten we even aan de kant. Een boer drijft met de auto en zijn collie zijn kudde koeien over de weg. De beesten rennen de weg op en draaien zich naar ons toe. Nieuwsgierig kijken ze ons aan. Ze krijgen niet de kans om ons te benaderen. De collie krijgt opdracht om de kudde in gang te zetten. En weg rennen ze weer. Op naar het volgende weiland. We komen na ongeveer 11 km op de route, weg 72, de scenic route. De bergen zien we aan onze rechterhand. En we denken zelfs af en toe wat sneeuw erop te zien. In het plaatsje Stavely zou onze koffie-punt zijn. We naderen een bocht met een gebouw met op het dak een geschilderde koffiekop. Wat doen we? Hier koffie of in het plaatsje. Och, laten we naar het plaatsje gaan. We trappen door. Ineens zegt Marcel: we moeten terug, dat was Stavely... Lekker bakkie en een carrotcake. (Je weet het nooit of er carrotcake is op 5-2;-)) Twee oudere mannen op de fiets vragen of dit onze mobilhome (camper) is, terwijl ze wijzen op onze fietsen. Het komt tot een gesprek. Één van de mannen rijdt op een elektrische fiets zonder accu, de accu was hij vergeten om mee te nemen.. En er komen allerlei vragen. Of de fiets net door de carwash is geweest of zo. Ze zijn wel heel erg schoon. Uh, ja, we zijn nog vers....Ook of ze de fiets even mogen optillen... ‘eh...best zwaar. Maar jullie reizen verder licht.’ En het, zie je dat ze hebben geen ketting en een versnellings’bak’ hebben we ook nog nooit gezien. In Mayfield kunnen we lunchen. We eindigen de rit in Geraldine waar we kunnen kiezen uit de overnachtingsplaatsen. Een bed is snel geregeld. Het is warm. We kunnen ‘s avond lekker buiten eten.